Bij Joh. 6, 41-51
Het kleinste zaad wordt levend brood. Hieraan moest ik denken bij het evangelie van de voorbije zondagen tot en met deze zondag. Een teken dat tot delen aanzet. Zelfs hoe klein ook was voldoende. Hierin geeft Jezus ons de opdracht: deel het brood.
De voorbije zondag mochten we horen hoe hij dat Brood voor ons wil zijn. Voor ons een uitdaging om door dat Brood eeuwig Leven, leven voor elkaar te zijn. Jezus wordt daarover bevraagd. Hij heeft immers gezegd: Ik ben het brood dat uit de hemel is neergedaald.
Hoe is het mogelijk dat Hij dat zegt. Van eenvoudige afkomst is Hij immers. We kennen zijn ouders. Hoe is het mogelijk dat Hij zegt; als iemand van dit brood eet zal hij leven. Ze geloven het niet, zij die Hem volgen. Ondanks dat ze zijn tekenen van nabijheid hebben gezien. Wonderbare tekenen in Liefde die ook ons geloof mogen brengen. Hoe klein vaak ook dat geloof is.
Maar het mag ons ook hoop geven. Het mag groeien, rijzen zoals het brood. Het is de vraag of we dat willen, kunnen zien. Hebben we daarin geloof. Jezus zegt wie daarin gelooft, heeft eeuwig leven.
Aan dat eeuwig leven beginnen we hier en nu. Door brood te zijn voor elkaar. Brood van leven zoals Jezus voor ons is. Dan wordt het kleinste zaad levend brood. Dan voedt de een de ander. Hij is daarin een voorbeeld, een teken ten leven. Hierin deelt Hij zijn Leven met ons. Dat Leven mogen wij delen met elkaar.
Willy Rekveld, parochievicaris